Open brief van 20 maart 2023

De bijzonder moeilijke financiële en sociale situatie voor een groot deel van de bevolking sinds het uitbreken van de Covid-pandemie en, meer recent, sinds de oorlog in Oekraïne, mag ons het belang van een toegankelijke en efficiënte justitie voor alle burgers en ondernemingen niet doen vergeten.
Sinds meer dan een jaar is België het toneel van een schending van de fundamentele beginselen van de rechtstaat, en dit op een ongekende en zeer verontrustende schaal. De Belgische regering heeft duizenden rechterlijke beslissingen naast zich neergelegd. Het gaat met name, maar niet uitsluitend, om uitspraken over de opvang van asielzoekers, waarin de arbeidsrechtbanken, de rechtbanken van eerste aanleg, en het Europees Hof voor de rechten van de mens hebben vastgesteld dat de Belgische Staat zijn internationale verplichtingen en de geldende Belgische wetgeving niet nakomt. In deze kwestie kunnen politici niet volstaan met het helpen zoeken naar oplossingen of met het verslag uitbrengen van een akkoord over de opvang van asielzoekers, zoals onlangs het geval was. Elke nacht die een persoon die een verzoek tot internationale bescherming heeft ingediend, op straat doorbrengt, betekent dat België zijn verplichtingen niet nakomt. Loutere toezeggingen volstaan niet.
Maar de schending van de beginselen van de rechtstaat door het niet naleven van rechterlijke beslissingen, is veel ruimer dan deze die verband houden met deze “crisis”. De Belgische staat is reeds herhaaldelijk veroordeeld voor de toestand van overbevolking van zijn gevangenissen, voor het niet opvullen van de kaders van magistraten, enz. Helaas zijn dit slechts enkele van de voorbeelden die steeds talrijker worden.
Dit alles staat ook niet los van de polemiek die recent wordt gevoerd over de rol van de rechter in een democratie. De rechterlijke macht is van meet af aan opgevat als een “tegenmacht” die het optreden van de uitvoerende macht controleert en zo nodig sanctioneert. In België en elders wordt deze rol van de rechter als waarborg tegen de uitwassen van de politiek door bepaalde politieke partijen nu in vraag gesteld. Zij zouden liever zien dat de magistraten zich beperken tot het uitvoeren van wetten en besluiten, zonder er nog over te waken dat de toegepaste regels ook in overeenstemming zijn met de Grondwet en met de grondrechten. Op basis van hun electorale legitimiteit zouden deze politici de macht van de rechters willen inperken, daarbij vergetend dat de rol en de taak van de rechter zich steunt op rechtsregels en op het beginsel van tegenspraak. De bezorgdheid over het behoud van een onafhankelijke rechterlijke macht is overigens niet ondenkbeeldig: naar verluidt is de regering momenteel van plan om een veto in te voeren over de benoeming van rechters via het advies van een administratieve overheid, zonder enige mogelijkheid tot tegenspraak.
Sinds 2015 hebben de verschillende actoren van justitie in België het manifeste gebrek aan middelen en de repercussies daarvan op de toegang tot justitie, en op het recht op een snelle en effectieve rechtsgang, aan de kaak gesteld. In het kader van de federale verkiezingscampagne in 2019 hebben verschillende verenigingen van advocaten, rechters en mensenrechtenverenigingen hun eisen samengevat in zes punten. Deze zijn uitsluitend gericht op de verbetering van de werking van justitie, waarbij alle actoren zich er ook toe verbinden om zich dagdagelijks in te zetten voor kwaliteit van de dienstverlening van justitie.
Onze gezamenlijke eisen in 2019 waren de volgende:

1.

Een voor iedereen toegankelijke justitie, hetgeen de opheffing van de financiële hinderpalen (versoepeling van de voorwaarden voor de toegang tot juridische bijstand, een lager BTW-tarief voor de erelonen van advocaten, deurwaarders en notarissen, beperking van de procedurekosten), de
geografische hinderpalen (nabijheid van gerechtsgebouwen) en de procedurele hinderpalen (vereenvou-diging van de procedures) inhoudt.
2.
De uitvoering van een werklastmeting zodat een transparante verdeling van de middelen mogelijk wordt gemaakt. In afwachting van een betrouwbaar instrument voor het meten van de werklast, moeten de vastgelegde kaders aan personeelsbezetting in acht worden genomen (voor wat betreft de magistraten, de griffiers en het personeel van de griffies en de parketten), en dit voor alle rechtbanken en parketten van het land.
3.
De implementatie van het verzelfstandigd autonoom beheer, waarbij de rechterlijke macht in volledige onafhankelijkheid uitspraak kan doen in individuele geschillen en, voor wat betreft de financiële middelen, door de rechterlijke macht worden beheerd onder toezicht van het Parlement en het Rekenhof.
4.
Een justitie die infrastructureel goed uitgerust is, met gerechtsgebouwen die voldoen aan de wettelijke voorschriften inzake veiligheid en toegankelijkheid, en een justitie die ook digitaal op een moderne manier toegankelijk is.
5.
Een performante gedigitaliseerde justitie die binnen een duidelijk wettelijk kader wordt geïmplementeerd en gefinancierd, die de verschillende actoren van justitie toelaat om vanuit een digitaal dossier te werken en te handelen.
6.
Een overheidsdienst die beantwoordt aan de vereisten van de rechtstaat, waarbij niet enkel de cijfers als enige logica gehanteerd worden, maar waarbij er steeds kwaliteit wordt nagestreefd binnen een redelijke termijn, zodat de rechtzoekende een antwoord krijgt op zijn vragen en zorgen, en op die manier het vertrouwen in justitie wordt hersteld.
Vier jaar later, in 2023, stellen we een verbetering vast op bepaalde punten, met name op het vlak van informatisering, de aanwerving van nieuwe magistraten en juridische medewerkers, en de verlaging van de drempels voor toegang tot rechtsbijstand (pro deo advocatuur).
Deze positieve punten mogen echter niet verbergen dat in vele rechtbanken en parketten de middelen – in termen van magistraten, griffiers en administratief personeel – nog ernstig tekortschieten om de zaken binnen een redelijke en aanvaardbare termijn te behandelen. Dit gebrek aan middelen is schadelijk, omdat het de achterstand in de behandeling van zaken vergroot, het openbaar ministerie verplicht om zaken te seponeren waarin eigenlijk een vervolging op zijn plaats zou zijn, en een buitensporige werklast oplegt aan de medewerkers van justitie, wat op zijn beurt leidt tot vele burn-out.
Bovendien leidt het gebrek aan middelen tot een gevoel van verbittering, ontgoocheling en woede bij de bevolking, die de indruk heeft dat justitie niet geïnteresseerd is in hun problemen en onaanvaardbare straffeloosheid laat bestaan. Deze moeilijkheden maken het ook moeilijk voor advocaten om hun beroep uit te oefenen, in hun rol als tussenpersoon tussen justitie en het publiek. Het is duidelijk dat een goed functionerende rechtstaat voldoende investeringen nodig heeft. Het is aan ons allen om daarvoor te zorgen.
Alle burgers en ondernemingen moeten immers op rechtsbescherming door en tegen de overheid
kunnen vertrouwen via een beroep op justitie, en de meest kwetsbaren onder hen nog het meest.
Op deze 20 maart van 2023 is het nog steeds nodig om de aandacht te vestigen op het belang van
de rechtstaat en om onze regeringen en alle burgers eraan te herinneren dat een onafhankelijke
en kwalitatief hoogstaande justitie zowel een openbare dienst als een gemeenschappelijk goed is,
die het fundament vormt van samenhang, veiligheid en vrede in onze samenleving.
Partners :
AVOCATS.BE (Pierre SCULIER), Association Syndicale des Magistrats (ASM) (Marie MESSIAEN),
Union Professionnelle de la Magistrature (UPM) (Vincent MACQ), Koninklijk verbond van vredeen
politierechters – Union royale des juges de paix et de police (KVVP-URJPP) (Christine BRÜLS),
Ligue des droits humains (Pierre-Arnaud PERROUTY), Syndicat des Avocats pour la Démocratie
(Hélène DEBATY), Magistratuur & Maatschappij (M&M) (Bruno LIETAERT et Evelien DE KEZEL),
Vereinigung der deutschsprachigen Magistrate (VDM) (Marc LAZARUS), Liga voor mensenrechten
(Kati VERSTREPEN), De Adviesraad van de Magistratuur – Le Conseil Consultatif de la
Magistrature (ARM-CCM)

De open brief werd ook in De Standaard gepubliceerd.

Voir aussi...

ACTIEVE RECHTER IN DE RECHTSSTAAT een gesprek met een opdracht !

Op 20 maart 2023 ging Magistratuur & Maatschappij in gesprek met een breed geïnteresseerd publiek over… +

Conferentie- debat: “Een rechtsstaat zonder handhaving van vonnissen, is dat nog een democratie?”

Op 20 maart 2023, van 12u tot 14u aan de Faculteit Rechten van de ULB.

2019-2022: wat er veranderd is

In 2022 hadden we een beetje zicht op de evolutie van de situatie voor elk van… +